Beklag, beslag ex art. 94 Sv op motorboot onder A (verdacht van witwassen), die boot onder eigendomsvoorbehoud heeft gekocht van klaagster (vennootschap) en niet binnen gestelde termijn heeft betaald. Behoort boot toe aan klaagster of aan A? Art. 33a Sr en art. 3:92.1 BW. HR herhaalt relevante overwegingen uit ECLI:NL:HR:2017:3212 m.b.t. toepasselijke maatstaf bij klaagschrift van ander dan beslagene tegen ex art. 94 Sv gelegd beslag. Oordeel Rb dat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat strafrechter, later oordelend, de verbeurdverklaring van de boot zal bevelen omdat de boot niet aan klaagster maar aan A toebehoort, is zonder nadere motivering niet begrijpelijk, gelet op art. 3:92.1 BW en in aanmerking genomen hetgeen namens klaagster onder overlegging van de koopovereenkomst is aangevoerd omtrent het eigendomsvoorbehoud en het niet-nakomen van de betalingsafspraken. Volgt vernietiging en terugwijzing.