E-mail deze uitspraak

Uitspraak waar naar gelinkt wordt vanuit de e-mail die gestuurd zal worden:

ECLI:NL:HR:2014:2789
Hoge Raad, 13/04504

Inhoudsindicatie:

Falende klacht over n-o verklaring verdachte in h.b. Het middel steunt op de opvatting dat de Pr betrokkene, die een raadsman had en te kennen had gegeven h.b. te willen instellen, had moeten inlichten over de formaliteiten die daartoe vervuld moeten worden. Die opvatting is niet juist. Zoals het Hof heeft vastgesteld, is betrokkene door de Pr bij verstek veroordeeld en is hij, toen hij zich na afloop van de behandeling van zijn zaak in de zittingszaal had vervoegd, door de Pr geïnformeerd over de gedane uitspraak. I.c. was dus niet de situatie aan de orde - waarop ECLI:NL:HR:2010:BL7694 ziet - dat de betrokkene op de voet van art. 381 Sv de gelegenheid wordt geboden om afstand te doen van het openstaande rechtsmiddel en naar aanleiding daarvan verklaart in h.b. te willen gaan.

Van


Aan


Opmerkingen (optioneel)


E-mail

Terug

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie